I am working on a new book, about being free. Unfortunately for now only availabe in Dutch.
The first page is here, Check out the progress at http://www.beingfreebook.blogspot.com/
‘Naast het grootste raadsel van het zijn, is de vraag naar vrij zijn de meest fundamentele waar wij mensen mee te maken hebben. De vraag: Wat betekent het voor mij om vrij te zijn dooradert nog meer het dagelijks handelen van mensen dan de vraag naar het zijn. Of het nu is dat mensen een gereïficeerd antwoord hebben, helemaal geen antwoord of dat mensen de vraag open kunnen houden, het doordrenkt ons handelen van seconde tot seconde. Het antwoord dat we op deze vraag formuleren, bepaalt namelijk wat we doen. En wat we doen bepaalt mede wat er gebeurt. We hebben allemaal een zekere ruimte waarbinnen we ons leven kunnen vormgeven. Het grote raadsel van de mens is dat hij de mogelijkheid heeft tot vrij zijn maar er voor kiest om zichzelf gevangen te zetten in denkbeelden en rationalisaties en praktijken van gevangenneming van het zelf en de ander. Ons samenspel is een spel van gevangennemen en macht. Vrij zijn is een mogelijkheid die gekozen kan worden. De ruimte die we hebben in ons handelingsrepertoire is vaak vele malen groter dan we ons zelf toestaan. Ten diepste zitten wij als mens voornamelijk ons zelf in de weg en hebben we de wereld zo ingericht dat het ons zelf en in projectie anderen ontnemen van ruimte als volkomen normaal beschouwen. De alledaagse mens geniet van een slavenmoraal zoals Nietzsche al zei. Kan het zijn dat de keuze voor zelfgevangenschap een keuze is of is dit een condition humain? Een biologisch gegeven? Of leven we nu een vorm van zijn uit, terwijl we ons niet meer bewust willen/kunnen zijn van andere mogelijkheden zoals vrij zijn? Of hebben we in de vorm die we gekozen hebben de mogelijkheid weggemaakt om het anders te doen? Dat de intrinsike eigenschap van de huidige vorm het simpelweg verbied om vrij zijn als optie te nemen. Of zitten we aan de grens van wat de mens in zijn zijn vermag? Zijn er slechts weinigen die vrij kunnen zijn, waarbij het slaaf zijn van de anderen een voorwaarde is, zoals Nietzsche stelt? Of is het een vraag die telkens opnieuw gesteld kan worden in de poëzie, in de literatuur, in de filosofie, in de verhalen die we elkaar vertellen? Kan het ook anders? Wanneer we de vele schrijvers en denkers de revue laten passeren die met het thema aan de haal gegaan zijn, vallen een aantal denkfouten op die veelal zo diep in het bewustzijn van mensen zitten dat als we deze op de agenda kunnen krijgen er meer vrijheid ontstaat in de wereld. Dit nog los van het volksgeloof van de alledaagse mens, dat ook zijn plaats in deze studie krijgt. Dat maakt dat dit essay geschreven wordt. Wanneer deze denkfouten zijn weggewerkt blijft er vanuit de historie voldoende over dat bijdraagt aan de complexiteit die waarneembaar wordt op het moment dat we vrij zijn vorm gaan geven.’